Nieuw interview met mij online op de website Playwatchread.nl! ✨ Het waren leuke vragen over ‘Grijs’ & schrijven, waarover ik soms best even moest nadenken… 

Ter promotie van het nieuwste boek ‘Grijs’ van Carlie van Tongeren, mochten wij haar interviewen. Het interview lees je hier!

Waar komt jouw passie voor schrijven vandaan?

Ik begon met schrijven toen ik begon te lezen, rond mijn 7e. Ik vond en vind het heerlijk om zo meerdere levens te kunnen leiden. Om niet alleen maar in mijn eigen hoofd te zitten. Ik schreef als kind trouwens geen echte verhaaltjes, maar lange dialogen; een soort voorloper van een scenario. Dat komt omdat ik als introvert niet zo ad rem ben in het dagelijks leven. Als ik een spontane vraag moet beantwoorden, geef ik antwoord maar denk ik ook vaak op de terugweg: o, dat had ik moeten zeggen! Dat was scherp of leuk geweest. Als ik schrijf kan ik wél die perfecte dialoog creëren. Dialogen schrijven vind ik het allerleukst.

Hoe is het idee ontstaan om over dit heftige onderwerp te gaan schrijven?

Ik heb zelf aanranding meegemaakt toen ik in de derde klas van de middelbare school zat. Dat heb ik gelukkig al lang geleden verwerkt en ik schreef er al eerder andere boeken over, waaronder ‘Het meisjesmanifest’. De aanleiding voor ‘Grijs’ was dat ik eind 2021 voor het eerst weer in contact kwam met de jongen van school – man, inmiddels – die dit vroeger bij mij heeft gedaan. Op de middelbare school heb ik er nooit over durven praten, met niemand dus ook niet met hem; ik confronteerde hem er nu voor het eerst mee. Dat kwam hard bij hem binnen en hij maakte excuses, maar ook schreef hij zich ‘het voorval’ niet meer te kunnen herinneren. Dat liet mij achter met een wrang gevoel, dat die impact zó ongelooflijk verschillend is. Dat die gebeurtenis er helemaal niet had hoeven zijn. Daarom bedacht ik dat ik één avond vanuit twee perspectieven wilde schrijven: Chaja en Wes.

Hoe heb je het schrijfproces van Grijs ervaren? Ik kan me voorstellen dat hier erg veel emoties bij kwamen kijken.

‘Zwaar en licht tegelijk. Ik voelde heel sterk dat ik ‘Grijs’ wilde schrijven, vanuit die twee perspectieven, dus dat gaf me steeds het gevoel dat ik door moest gaan. Ik wil graag andere mensen helpen die nu hiermee te maken hebben. Het was natuurlijk wel lastig om vanuit Wes te schrijven; om me in te leven in die andere kant. Daar zag ik eerlijk gezegd tegen op, van tevoren. Toen ik hierover een aantal interviews had gehad met mannen, viel het me mee. Het waren fijne, goede gesprekken, die veel hebben bijgedragen. Ik denk dat je alleen zo’n boek kunt schrijven als je je eigen helingsproces echt helemaal hebt afgerond. Dan kun je zowel met afstand als vanuit betrokkenheid schrijven.

Wes voelt als een levendig personage aan. Hoe heb je je zo goed kunnen inleven in zijn kant van het verhaal? 

Ik had nog nooit echt vanuit een jongen geschreven, dus dat was wel spannend! Zeker over een gevoelig onderwerp als dit. Op een gegeven moment liep ik vast en besloot ik mannen te zoeken om hierover te interviewen. Hoe zij terugkeken op hun tienerjaren waarin ze, bij nader inzien, mogelijk grenzen hebben overschreden. Hoe zij dat ‘grijze gebied’ waarin het niet voor iedereen duidelijk is waar de grenzen liggen, hebben ervaren. Ze hebben ook de eerste versie van ‘Grijs’ meegelezen en hun comments waren goud waard. Ik voelde me er zekerder door dat Wes nu een echte Wes was.

Grijs heeft een open einde omdat, zoals je zelf al zegt, de impact van seksueel geweld groter is dan 132 bladzijdes. Heb je hier lang over nagedacht? 

Ja best lang. Want: wat is een fijn maar ook realistisch einde van zo’n gevoelige kwestie? Daders worden vaak weggezet als monsters, dus hoe kun je reageren als je beseft dat je zoiets hebt gedaan? En hoe reageren alle ouders en vrienden? Er waren veel vragen die ik in dit boek wilde verwerken, maar ik wil dat lezers hier zelf over kunnen nadenken, dus vandaar het open einde. Ik had nog een belangrijke meelezer (Sabine Meulenbeld, expert seksuele soevereiniteit) die me heeft geholpen bij de twijfels die ik had over de afsluiting.

Je schrijft veel fictieboeken voor jongvolwassenen. Wat maakt het zo leuk om juist voor deze doelgroep te schrijven? 

De spanning zit er voor mij in dat je in deze leeftijdsfase niet altijd veel te kiezen hebt. Als je ouders besluiten te scheiden of verhuizen, dan moet je daarin mee. Als je gepest wordt op school, zit je niet zomaar op een andere school. Er zijn zoveel eerste keren in die periode. Coming of age-verhalen zijn mijn absolute lievelingsverhalen – als schrijver, als lezer en als kijker.

Nu al je wat meer titels op je naam hebt staan, is het moeilijker of juist makkelijker geworden om een boek te schrijven? 

Het schrijven an sich gaat makkelijker. Het helpt om veel schrijfkilometers en beginnersfouten te maken. Maar het bedenken van een onderwerp vind ik juist lastiger. Ik had voordat ik mijn eerste boek publiceerde altijd een aantal thema’s waarover ik zeker weten boeken wilden schrijven en die zijn er nu wel haha! Dus ja, daar moet ik nu wel iets langer over nadenken… Vooral omdat een boek schrijven lang duurt en het dus wel een thema moet zijn waar je je een jaar (of langer) mee bezig wilt houden.

En nog een gemene vraag; nooit meer fictie schrijven of nooit meer non-fictie schrijven?

Poeh, zeker gemeen! Ik denk toch nooit meer non-fictie schrijven. Die boeken schrijf ik vaak samen met andere mensen en zijn net iets minder ‘mijn eigen werk’ dan een fictieboek dat ik helemaal zelf heb bedacht en geschreven. Ik kan ook gewoon niet zonder het bedenken van verhalen en me inleven in andere personages.

Kun je al iets laten weten over je volgende schrijfplannen? 

Ik neem even schrijfpauze. Het was een intensieve schrijfperiode en het is ook wel intens om nu met ‘Grijs’ langs scholen te gaan voor schrijversbezoeken. Eind maart heb ik een gesprek in het kader van research voor een nieuw jeugdboek, maar het mogelijke thema houd ik liever nog even geheim. Ik bedoel trouwens dat ik pauze neem van boeken schrijven. Dit jaar wil ik meer aandacht geven aan scenarioschrijven. Ik wil proberen of ik ‘Grijs’ als scenario kan pitchen bij filmproducenten, dat is echt mijn allergrootste schrijfdroom!

Of lees hier het interview op Playwatchread!